Na het album “Foreverland” uit 2016 en het live-album “Loose Canon” uit 2018 was het voor Neil Hannon en zijn muzikale project ‘The Divine Comedy’ weer tijd geworden om de opnamestudio in te duiken voor het opnemen van zestien songs voor een nieuwe, twaalfde studioalbum. Voor “Office Politics” koos de Ierse Londenaar voor breed georkestreerde nummers waarbij synthesizers werden ingezet naast de conventionele basisinstrumenten als gitaren en bas en drums die allemaal vaak door multi-instrumentalist en singer-songwriter Neil Hannon zelf worden ingespeeld.

Gitarist Tosh Flood, bassist Simon Little, toetsenist Andrew Skeet, keyboardsspeler en accordeonist Ian Watson en drummer Tim Weller zijn de vaste begeleiders van Neil Hannon bij de live shows van ‘The Divine Comedy’ en ook bij de opname van “Office Politics” nemen ze opnieuw een grote rol voor hun rekening met hun instrumentale bijdrage.

Het resultaat van dit alles is een zeer aangenaam beluisterbare plaat geworden met leuke popliedjes zoals opener en eerste single “Queuejumper”, albumtiteltrack “Office Politics” en de nieuwe single “Norman And Norma” (zie video). Daarna vinden we de kwaliteit van de nummers wat naar beneden gaan in “Absolutely Obsolete” en in het door synthesizers gedomineerde rocknummer “Infernal Machines” of de experimentele synth-tracks “Psychological Evaluation” en “The Synthesiser Service Centre Super Summer Sale”.

Maar dat wordt al snel weer hersteld met het catchy liedje “You’ll Never Work In This Town Again” dat herinnert aan werk van Burt Bacharach en/of Scott Walker. Ook het op een funky beat drijvende “The Life And Soul Of The Party” weet ons te bekoren, mede dankzij het ritmische gitaarspel dat afkomstig lijkt te zijn van ‘Chic’-legende Nile Rodgers en de grappige zin “I’ve got the moves like Jagger, after a drink or four’.

De eerste echte ballad op “Office Politics” is het Bowie-achtige liedje “A Feather In Your Cap” waarin Neil Hannon heel knap zangwerk aflevert. Daarna wordt het weer even mysterieus en donker in “I’m A Stranger Here” en “Dark Days Are Here Again”. In de twee laatste nummers op dit album confronteert Neil Hannon de luisteraar nog even met de zinloosheid van het aardse bestaan: ballads “After The Lord Mayor’s Show” en het melancholische “When The Working Day Is Done” zijn echter helemaal geen vulsel voor deze plaat, maar horen eerder bij de beste songs die te horen zijn op “Office Politics” van ‘The Divine Comedy’. Ze bevestigen nog maar eens wat een creatieve en bijzonder inventieve songschrijver deze Neil Hannon wel is.

(valsam)